Collectie-item
Kazuifel met toebehoren, voorstelling van de doop in de Jordaan, manipel, stola, bursa en kelkvelum, palla, schoudervelum
Instelling/bron: Stedelijk Museum Breda
Vijfstel bestaande uit; kazuifel, manipel, stola, bursa (met bijbehorend wit met goud zakje) kelkvelum, schoudervelum en palla. Van witte moré zijde versierd met veelkleurig borduursel. Kazuifel: Op de kruisviering voorstelling van de doop van Christus binnen een rijke Lod. XV. cartouche. De kruisarmen zijn versierd met asymmetrische rocaille patronen en bloemen (o.a. rozen, viooltjes en anjers). Borduurwerk typisch uit de 18e eeuw. Met getwijnde zijdedraad uit de 19e eeuw, na 1850. Aangebracht zijn uitbundige asymmetrische decoratiepatronen met een grote diversiteit aan bloemen, schelpmotieven en Rocaillevormen, die typerend zijn voor de Rococo. Achterzijde in cartouche afbeelding van Doop van Christus. Kelkvelum: Geborduurde voorstelling van de Emmäusgangers binnen een Lod. IX. cartouche, bekroond door een lelie en roos, met aan weerskanten een druiventros en korenaren op schuimkam-ornament. Gevoerd met groene zijde. Aan de voorzijde afgezet met goudgalon, dat afwijkt van het gebruikte goudgalon in de overige onderdelen. Bursa: Lod. XV. cartouche met doornenkroon. Schoudervelum: de kleurrijke schoudervelum is afkomstig uit de H. Johannes de Doper parochie van Sluis, in Zeeuwsch Vlaanderen. Het is onderdeel van een ensemble van priestergewaden, paramenten, een kazuifel, kelkvelum, stola, manipel, bursa en palla. Een schoudervelum wordt door de priester gedragen als hij tijdens een processie een monstrans meedraagt. Aan de binnenzijde van het velum zitten zakken, waarin hij zijn handen kan steken. Uit eerbied wordt op deze manier voorkomen dat hij de monstrans met zijn handen aanraakt. Het velum is versierd met asymmetrische rocaillepatronen en bloemen – rozen, viooltjes, anjers enzovoorts. De motieven zijn geborduurd met plat– en steelsteek, de vlakvullingen zijn in goud geborduurd en in renaissance borduurwerk uitgewerkt. Stola: met een voering van groene zijde. Aangebracht zijn zoals bij het kazuifel: uitbundige asymmetrische decoratiepatronen met een grote diversiteit aan bloemen, schelpmotieven en Rocaillevormen, die typerend zijn voor de Rococo. Achterzijde in cartouche afbeelding van Doop van Christus. Manipel: Met grover borduurwerk van uitvoering dan de overige onderdelen. Sint Anna ter Muiden was een van de eerste plaatsen in de Nederlandse kuststreek met een Annaverering. Anna, de grootmoeder van Christus en moeder van Maria, was behalve patrones van het huwelijk en het gezin ook beschermvrouwe van de zeelieden. Zeelui en handelaren baden en dankten hier voor een veilige overtocht. Ook nadat het dorp in de 14e eeuw door aanslibbing en inpoldering landinwaarts was komen te liggen, bleef het tot in de 16e eeuw een bedevaartplaats. Materialen: Kruiskolom is geborduurd met gekleurde zijde op een crèmekleurige effengrond in ribsbinding, gemoireerd; basisstof idem. Galon: Goudgalon Voering: Groene zijde in ribsbinding (latere toevoeging?) Bijzonderheden: Dit kazuifel vertoont grote gelijkenis met B00437, het is iets groter, het borduurwerk is grover uitgevoerd, de grond van het borduurwerk is anders en het galon verschilt. Het zou me niets verbazen als het kazuifel negentiende eeuws of zelfs later, zou blijken te zijn. Ik kan het echter niet aantonen aan de hand van een vergelijkbaar borduurwerk. De voering bevestigt mijn vermoeden, die dateert van de tweede helft van de 19de eeuw. Het is opvallend dat hier geen geglansd linnen voering aanwezig is, wat mogelijk op een oudere datum van het kazuifel zou kunnen wijzen. De voering kan ook van latere datum zijn.