Collectie-item

Grotiusplantsoen

Instelling/bron: Heemkring 'Molenheide'

De Nederlandse rechtsgeleerde Hugo de Groot werd geboren op 10 april 1583 te Delft en overleed op 28 augustus 1645 te Rostock (D). Op elfjarige leeftijd studeerde hij al rechten aan de universiteit van Leiden en in 1598 promoveerde hij in gewoon recht en kerkelijk recht in Orléans. In 1607 werd hij advocaat-fiscaal van het Hof van Holland en in 1613 pensionaris van Rotterdam. Tijdens de godsdiensttwisten zag prins Maurits kans de aanhangers van vrede, onder wie van Oldenbarnevelt en Hugo de Groot, in 1628 gevangen te nemen. Als legeraanvoerder betekende vrede voor hem verlies van macht en buit. Hugo werd opgesloten in Den Haag en later op slot Loevenstein, waar hij mocht blijven studeren en schrijven. Hij ontsnapte in een boekenkist en vluchtte naar Antwerpen en later Parijs. Als Hugo Grotius verwierf hij Europese vermaardheid door zijn juridische werken. Zijn meest bekende werk is ‘De iure belli acpacis’ (het recht van oorlog en vrede, 1625) dat de basis vormde voor het moderne volkenrecht.

Op 18 februari 1957 viel het besluit deze straat in Rijen de naam Grotiusplantsoen te geven