Collectie-item
Klarinet, 19e eeuw
Instelling/bron: Stadsmuseum Tilburg
De klarinet is opgebouwd uit: een mondstuk, een tussensegment, een tweedelig ‘corps de réchange’ (gemerkt A en B, elk bestaand uit een lang, en een kort deel); voorts een eindstuk. Naast de gewone vingergaten bevinden zich op het lichaam een aantal kleppen: drie op het eindsegment, waarvan de onderste in ruststand geopend is; drie kleppen op het lange deel van het verwisselbare tussenstuk, en één klep op het korte deel daarvan. Twee kleppen zijn met de hefboom dwars op het lichaam geplaatst, tussen messing U-profielen, de overige lopen parallel aan het lichaam en hebben asjes geplaatst in houten ringen of blokjes. De vorm van de klepjes is rechthoekig, het oppervlak gekromd als het lichaam, en voorzien van viltjes of iets dergelijks. Het instrument wordt in drie delen in het kistje opgeborgen; een mondstuk wordt in een speciaal kokertje in het eindstuk van het lichaam geplaatst. Gegraveerde opschriften: ‘BÜHNER&KELLER’ (5x) en ‘BÜHNER&KELLER A STRASBOURG’ (1x), ‘A’ en ‘B’.
Het instrument is vermoedelijk één van de twee ‘antieke blaasinstrumenten’, die in 1929 zijn geschonken ‘voor ’t museum’ door A.A. Groot, toenmalig directeur van de N.K. Harmonie. Het is nadien waarschijnlijk in gemeentelijk bezit geraakt met het legaat van L.G. de Wijs in 1955. [RP]
Depot104