Collectie-item

Schup en schoefel, aflevering 620

Instelling/bron: Heemkundekring 'Zeeland'

In maandblad ut Rookelijzer in Zeeland verscheen jarenlang de rubriek: Schup en Schoefel. Geschreven door Albert de Groot in het dialect van Zeeland. Dit is de aflevering uit ut Rookelijzer 620 van 25 augustus 2018.

Ingesproken door Theo Verstegen en Piet Huvenaars in de studio van L-FM. Met technische medewerking van Tinus Verstraten en Mari Brouwer. De vertaling werd gedaan door Anne-Marie van den Broek -Ottens.

TRANSCRIPTIE:

Schup: Wannen langen tijd hebbe we niks te doen gehad. Rust-Rust.

Schoefel: Mar dr is zoewwe tussendeur wel van alles vurgevallen; Op un rijke:

- De mais groeit onzettend hard en het regent maar niet.

- De Kerkstraat is weer olling open, gelukkig.

- Lopen voor Hoop, geweldig geslaagd, ruim € 70.000 plus. En wa veul help-volluk.

Schup: En hedde nog miejr? Of waar ut da?

Schoefel: Dr kumt nog zat dees kommende weken, waacht mar af.

Schup: Dor zing we dan wer. Tis lang geleeje wor en ut ennigste wor over geprot wordt is ut weer en de wermte. Jonge, jonge da is ok wenne. Mar tis dukker zoewe gewè.

Schoefel: Ik wiejt nog da zelfs de Graspel-weien in braand stonne, nou en dan moete wiejte da ut door toen altijd te nat waar en gruun, mar de berkebuujm gonge ollemol kapot dur de drögte.

Schup: Nog miejr nijs opgevange de leste weke? Ik moes denke oan ut kermispleintje en den bouw van un nij gebouw vur olling Zellund.

Schoefel: En ik daacht en keek nor de Toer de Frans en de 4-Daagse van Nimwegen.

Schup: Da din ik ok en ut waar moej um te zien op de tillevizie, hendig in unne stoel, mè un gleeske watter, un par pruime en un del kerse

Schoefel: Ja zoewe komme we de zommer wel deur. Ou eige nie te druk make en drinke.

Schup: Hedde ut kermispleintje al is bekeke? Tis groewt en hendig en ploats zat. Goei werk

Schoefel: Dr stè nou niks mer in de weeg, de smerrige glasbakke zitte vort onder de grond.

Schup: Wa zal de JUMBO blij zing, nou iederiejn wer hendig binne kan komme en dr gen durpels in de weeg ligge. En de busse kunne wer gewoon deurrijje en hoeve niemer over de Putteler, den Braand, den Korten Dijk, de Manegestroot en de Langenboomseweg mè al die smerrige durpels te rijje.

Schoefel: Nou laas ik in den ARENA da dr 27 buujm umgon bij ut stoplicht nor de Zeuvenhuis en nog 5 bij de Voejerheil. En da is ollemol noddig um dor nij bushaltes te make. En as da kloor is kommen dr gen busse mer dur ut durp.

Schup: Da waar hiejl vruuger olling anders. Dan hoefde ge mar unnen bessemsteel mè unnen roeijen zakdoek in de heg te steken en stopte de bus en kooste mee.

Schoefel: Ik heb nerges geleze hoeveul Zellandse mensen de 4-Daagse geloewpe hebbe.

Schup: Ik ok nie! Un del wel, da is zeker. Afwaachte.

Schup: En nou stè alles te verdruujge op ut laand. Gennen drop regen en bovven de dartig graai, mè un gleeske watter en un ijskootje en uit de zon blijve. Da rooijen ze oan.

Schoefel: En nou zing we alwer vertien daag lotter, en dr is niks anders geworre. Werm, werm en druujg, alles verdruujgt.

Schup: Ze hoeve nou hellemol nie op verkansie nor un werm laand. Ze kunne gewoon hier blijven, kort bij huis en goejekoewp. Zoewe Schuufelke, we zing wer bij. Wis over un week. Hou doe.

Schoefel: Hedde nog laast van de heit en de drugte gehad? Wor moet da hen?

Schup: Ik ben onderhaand uitgedruugd, en mar watter drinke en ijscoos eten, denk ik.

Schoefel: Vur alleman un gruweluk hiejt INKAkamp dees week. Knap werk van ollemol.

Schup: Ik miste vurrige kiejr " Öan de proot mè" en ok Leo. Mar da kan oan de zommer ligge.

Schoefel: Ik haj moej "Victor van Uje geleze" Ut klopt olling wa die schrif. Knap geheugen.

Schup: Ja jong, da is ok un moej stukske Zellund van vruuger. Ut gè anders ollemol verlorre.

Schoefel: Ik waar host te loat mè ons stukske. Ut moes ennen dag erder binne zing. Mar Allah!

Schup: Nou ha'k gehurt of gedromd da dr iets gè verandere oan ut Rookelijzer. K'weet nie wa. Kik, ze doen er lang over um iets oan te paasse mar dan ist wel goed!!

Schoefel: Duuzend pètjes af vur de werkers in de zon, op ut laand, oan de weeg, in den bouw en alle vrollie en kels die in de zorg moete werreke en zörge. Hou doe. Goeie Kermis.


VERTALING:

Schup:

Wat een lange tijd hebben we niks te doen gehad. Rust-rust

Schoefel:

Maar er is zo tussendoor wel van alles voorgevallen: Op een rijtje:

-de mais groeit ontzettend hard en het regent maar niet.

-de Kerkstraat is weer helemaal open, gelukkig.

-“Lopen voor Hoop”, geweldig geslaagd, ruim €70.000 plus. En wat veel helpers.

Schup:

En heb je nog meer? Of was het dat?

Schoefel:

Er komt nog genoeg de komende weken. Wacht maar af.

Schup:

Daar zijn we dan weer. Het is lang geleden he, en het enige waar over gepraat wordt is het weer en de warmte. Jonge, jonge dat is ook wennen. Maar het is vaker zo geweest.

Schoefel:

Ik weet zelfs nog dat de Graspeel weilanden in brand stonden, nou en dan moet je weten dat het daar toen altijd te nat was en groen, maar de berkenbomen gingen allemaal dood door de droogte.

Schup:

Nog meer nieuws opgevangen de laatste weken? Ik moest denken aan het kermispleintje en de bouw van een nieuw gebouw voor heel Zeeland.

Schoefel:

En ik dacht en keek naar de Tour de France en de 4-daagse van Nijmegen.

Schup:

Dat deed ik ook en het was mooi om te zien op de televisie, gemakkelijk in een stoel met een glaasje water, een paar pruimen en wat kersen.

Schoefel:

Ja, zo komen we de zomer wel door. Jezelf niet te druk maken en drinken.

Schup:

Heb je het kermispleintje al eens bekeken? Het is groot en gemakkelijk en plaats genoeg. Goed werk.

Schoefel:

Er staat nou niks meer in de weg, de smerige glasbakken zitten voortaan onder de grond.

Schup:

Wat de Jumbo blij zijn, nou iedereen weer gemakkelijk binnen kan komen en er geen drempels meer in de weg liggen. En de bussen kunnen weer gewoon doorrijden en hoeven niet meer over de Puttelaar, den Brand, de Korte Dijk, de Manegestraat en de Langenboomseweg met al die smerige drempels te rijden.

Schoefel:

Nou las ik in de Arena dat er 27 bomen weggaan bij het stoplicht naar de Zevenhuis en nog 5 bij Voederheil. En dat is allemaal nodig om daar nieuwe bushaltes te maken. En als dat klaar is komen er geen bussen meer door het dorp.

Schup:

Dat was heel vroeger helemaal anders. Toen hoefde je maar een bezemsteel met een rode zakdoek door de heg te steken en de bus stopte en kon je mee.

Schoefel:

Ik heb nergens gelezen hoeveel Zeelandse mensen de 4-daagse gelopen hebben.

Schup:

Ik ook niet. Een hoop wel, dat is zeker. Afwachten.

Schup:

En nu staat alles te verdrogen op het land. Geen drup regen en boven de dertig graden, met een glaasje water en een ijsklontje en uit de zon blijven. Dat raden ze aan.

Schoefel:

En nou zijn we al weer veertien dagen verder, en er is niks anders geworden. Warm, warm en droog, alles verdroogt.

Schup:

Ze hoeven nou helemaal niet op vakantie naar een warm land. ZE kunnen gewoon hier blijven, kort bij huis en goedkoop. Zo Schoefeltje, we zijn weer bij. Tot over een week. Hou doe

Schoefel:

Heb je nog last van de hitte en de droogte gehad? Waar moet het heen?

Schup:

Ik ben onderhand uitgedroogd, en maar water drinken en ijsjes eten, denk ik.

Schoefel:

Voor iedereen een gruwelijk heet INKAkamp deze week. Knap werk van allemaal.

Schup:

Ik miste de vorige keer “oan de proot mè” en ook Leo. Maar dat kan aan de zomer liggen

Schoefel:

Ik had mooi “Victor van Uje”gelezen. Het klopt helemaal wat hij schreef. Knap geheugen

Schup:

Ja jongen, dat is ook een mooi stukje Zeeland van vroeger. Het gaat anders allemaal verloren.

Schoefel:

Ik was bijna te laat met ons stukje. Het moest een dag eerder binnen zijn. Maar alla!

Schup:

Nou had ik gehoord, of gedroomd dat er iets gaat veranderen aan het Rookelijzer. Ik weet niet wat. Kijk ze doen er lang over om iets aan te passen maar dan is het wel goed!

Schoefel:

Duizend petjes af voor de werkers in de zon, op het land, aan de weg, in de bouw en alle vrouwen en kerels die in de zorg moeten werken en zorgen. Hou doe, goeie kermis.