Het klooster Sint-Josephsberg in Megen en zijn bewoners

Zusters Clarissen op de vlucht

Het klooster Sint-Josephsberg in Megen. (Foto: Havang(nl), 2010, Wikimedia Commons).

Het klooster Sint-Josephsberg in Megen. (Foto: Havang(nl), 2010, Wikimedia Commons.

Het Clarissenklooster in Megen, klooster Sint-Josephsberg, lijkt op het eerste gezicht al driehonderd jaar vredig onderdeel uit te maken van het oude vestingstadje. Het klooster en zijn bewoners kennen echter een bewogen geschiedenis. De gemeenschap is in 1717 uit Boxtel weggevlucht, nadat ze jarenlang werd geconfronteerd met oorlogsdreigingen en -geweld tijdens de Gelderse Oorlogen (1503-1543) en de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) en daarna met onderdrukkingen door protestantse besturen. De zusters Clarissen stichtten een nieuw klooster in Megen, maar werden hier in de achttiende eeuw opnieuw door de overheid in hun leefstijl beperkt. Toch kwam de gemeenschap na deze roerige tijden tot bloei en hebben de zusters een bestaan opgebouwd in Megen en hebben ze zelfs nieuwe communiteiten (mede-)gesticht.

Op de vlucht naar het vrije Megen

In 1648 was de Tachtigjarige Oorlog ten einde en kreeg de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden een protestants bestuur. Brabant kwam direct onder het gezag van de Staten-Generaal te staan. Dit luidde woelige tijden in voor het kloosterleven in Brabant. De protestantse overheid verbood publieke belijdenis van het katholieke geloof en kloosters werden opgeheven. Mannenkloosters werden daarbij direct van hun bezittingen ontdaan en de paters werden gelast te vertrekken. Voor vrouwenkloosters werd een uitstervingsbeleid uitgezet. Nieuwe leden aannemen was verboden, maar de zusters mochten in hun klooster blijven wonen. Voor diverse kloostergemeenschappen was dit de reden om naar katholieke enclaves, zoals Boxmeer, Gemert, Bokhoven en Ravenstein in Noordoost-Brabant te vluchten.

Megen in 1558 opgetekend door J. van Deventer. (Bron: Wikimedia Commons)

Megen in 1558 opgetekend door J. van Deventer. (Bron: Wikimedia Commons)

Ook de heerlijkheid Megen behoorde tot deze vrije enclaves, waar de Clarissen uit het klooster Sint-Elisabethsdal in Boxtel gebruik van hebben gemaakt. In Boxtel was de kloostergemeenschap in 1513 overgestapt van de Regel van de Derde Orde van Franciscus naar de Regel van de Orde van de heilige Clara. Daarbij werden ze geholpen door de zusters Clarissen uit het Belgische Hoogstraten om zich aan te passen aan de nieuwe levensregel. In 1717 sloegen de Boxtelse Clarissen op de vlucht voor de onderdrukking toen ze door het protestantse bestuur gedwongen werden hun klooster te verlaten. Daarbij kregen ze opnieuw hulp van de gemeenschap uit Hoogstraten, doordat deze onderdak boden aan hun medezusters uit Boxtel. In 1719 kregen ze echter van de graaf van Megen grond in erfpacht en ontstond het idee om naar Megen te vertrekken. Het betrof het terrein waarop het kasteel van de heren van Megen had gestaan, dit kasteel was in 1581 verwoest.

Megen met het Clarissenklooster op een kaart uit 1865. (Bron: J. Kuyper, Gemeente Atlas van Nederland)

Megen met het Clarissenklooster op een kaart uit 1865. (Bron: J. Kuyper, Gemeente Atlas van Nederland)

De bouwen van een klooster(leven)

In 1720 kwamen de eerste Boxtelse Clarissen vanuit Hoogstraten naar Megen en betrokken daar een tijdelijke huisvesting. Tegelijkertijd werd een start gemaakt met de bouw van klooster Sint-Josephsberg. In 1721 verhuisden de zusters al naar dit nieuwe klooster, dat pas in 1723 was het afgebouwd. Het klooster beschikte onder andere over een refter, kapittelzaal en slotdeur en werd later uitgebreid met een brouwerij, bakkerij, kapel en recreatieruimte. Daarbij zijn de oude muren, keldergewelven en de omgrachting van het kasteel intact gebleven.

In eerste instantie konden ze rondkomen van de inkomsten uit de bezittingen in Boxtel, maar toen deze in beslag werden genomen stapten ze over op het maken van vlugzout en balsem. In 1756 werd het hen verboden om deze producten te fabriceren en zoekend naar een nieuwe bron van inkomsten bouwden de zusters in 1766 een hostiebakkerij. Dit paste bij hun geloofsovertuiging, omdat de Heilige Clara van Assisi het belang van het sacrament van de Eucharistie benadrukte. De zusters bakten op haardvuur, hetgeen brandgevaarlijk was en daarom kwam de bakkerij in een apart huisje achter in de tuin te staan.

Een zuster van de orde der Clarissen. (Bron: Tiron, R., Histoire et costumes des ordres religieux, Brussel, 1845)

Een zuster van de orde der Clarissen. (Bron: Tiron, R., Histoire et costumes des ordres religieux, Brussel, 1845)

Alle rechten voorbehouden

Verbod op novicen

Een eeuw na de vlucht van de zusters uit Boxtel naar Megen, ondervonden zij opnieuw onderdrukking. In 1794 waren de Franse legers de Republiek binnengevallen en zij brachten uiteindelijk ook de vrije heerlijkheden onder hun bewind. De Clarissen in Megen vielen daardoor onder Frans gezag. In 1812 had dit directe gevolgen voor hen, omdat keizer Napoleon (1769-1821) besloot dat kloostergemeenschappen geen novicen meer mochten aannemen en kloosterlingen alleen een pensioen kregen als ze uittraden. Dit was reden voor de zusters om hun klooster, dat inmiddels staatseigendom was geworden, te verlaten en onderdak te zoeken bij de inwoners van Megen en Oss.

Pas twee jaar later, na de val van het Franse keizerrijk in 1814, keerden de zusters terug naar klooster Sint-Josephsberg. Helaas voor hen bleef het klooster eigendom van de staat en moesten ze nu huur betalen voor het klooster dat eens in eigen bezit was geweest. Bovendien bevestigde koning Willem I (1772-1843) het besluit van Napoleon, waardoor er nog steeds geen novicen mochten worden aangenomen.

De voormalige hostiebakkerij in de tuin van het Clarissenklooster in Megen doet nu dienst als kluis voor de zusters. (Foto: IJ. Heijns, 2002, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed)

De voormalige hostiebakkerij in de tuin van het Clarissenklooster in Megen doet nu dienst als kluis voor de zusters. (Foto: IJ. Heijns, 2002, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed)

Uitwijkplaats in Ammerzoden

 

Vanaf de tweede helft van de negentiende eeuw keerde het politieke tij. Koning Willem II (1792-1849) gaf in 1840 de bestaande kloosters, waaronder de Clarissen in Megen, toestemming om nieuwe leden aan te nemen. Toch bleven de zusters beducht voor eventuele nieuwe roerige tijden en wilden ze over een veilige uitwijkplaats beschikken. Om die reden kochten ze in 1876 kasteel Ammersoyen en stichtten twaalf zusters uit Megen een nieuwe communiteit in Ammerzoden. Pas in 1896 kregen de zusters in Megen de gelegenheid om hun klooster terug te kopen van de staat, waarna ze direct begonnen aan de restauratie van het verwaarloosde kloostergebouw.

De kapel van het clarissenklooster van Megen. (Foto: IJ. Heijns, 2002, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed)

De kapel van het clarissenklooster van Megen. (Foto: IJ. Heijns, 2002, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed)

Nieuwe gemeenschappen in binnen- en buitenland

De periode 1840-1960, de tijd van het Rijke Roomse Leven, was de bloeiperiode voor het kloosterleven in Noord-Brabant en ook in Megen en Ammerzoden nam het aantal zusters Clarissen toe. In 1934 stichtten ze samen een klooster in Cicurug op Java en na de Tweede Wereldoorlog verhuisden de communiteit naar Pacet op West-Java, waar nu nog een Clarissengemeenschap bestaat.

In Nederland leidde de Tweede Wereldoorlog ook tot enkele omzwervingen voor de Clarissen. De communiteit in Ammerzoden vertrok in 1945 via Zaltbommel naar het Limburgse Hoogcruts en Kerkrade. In 1951 ging de gemeenschap uit Hoogcruts door naar Hengelo en in 1957 splitsten de zusters uit Kerkrade zich en vertrokken naar Megen en Hengelo. Vanuit Hengelo werden nieuwe communiteiten in Nieuwe Niedorp (1960-1989) en in Silvolde (1970-1981) gesticht. De Clarissen uit Silvolde, Megen en Nieuwe Niedorp stichtten samen in 1980 een communiteit ‘La Verna’ in een verzorgingshuis in Wijchen en in 1981 het klooster ‘De Bron’ in Nijmegen en enkele zusters uit Megen vormden in 1987 een communiteit voor hoogbejaarde Clarissen in ‘Huize Witven’ in Someren.

 

Het kloosterleven in éénentwintigste-eeuws Megen

De zusters in Megen volgen nog steeds de regel van de heilige Clara, maar sinds de jaren vijftig van de negentiende eeuw zijn ze zich meer naar buiten gaan richten. In 1954 werd het onderscheid in koorzusters, lekenzusters en buitenzusters bijvoorbeeld afgeschaft. De zusters konden gaan studeren en ze ontvangen nu gasten die zich voor langere of kortere periodes in stilte willen terugtrekken, zich willen bezinnen of die het levensritme van de zusters willen leren kennen.

De moestuin van het klooster in Megen. (Foto: IJ. Heijns, 2002, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed)

De moestuin van het klooster in Megen. (Foto: IJ. Heijns, 2002, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed)

Ook de hostiebakkerij is nog altijd in gebruik, maar aangepast aan de moderne tijd. Bij de restauratiewerkzaamheden in 1896 is deze hostiebakkerij verplaatst van de tuin naar een ruimte binnenin het klooster. De voormalige hostiebakkerij in de tuin is omgevormd tot kluis, die nu dienst doet als retraiteplek voor de zusters. Tegenwoordig bakken de zusters met elektrische bakijzers, maar alle hosties worden nog altijd met de hand gemaakt. Ongeveer 150 Nederlandse parochies en kloostergemeenschappen bestellen hosties bij de Clarissen. De hostiebakkerij van de zusters in Megen is de laatste hostiebakkerij in Nederland, sinds de enige andere hostiebakkerij Sint Michael in het Doveninstituut in Sint-Michielsgestel in 2021 gesloten is. Toch loopt de vraag langzaam terug en daarom hebben de zusters ook andere producten ontwikkeld, zoals kruidenthee, jams, vegetarische broodspread en keramieken mokken. Dit maken ze met aandacht voor de natuur en het milieu en met zoveel mogelijk ingrediënten uit hun eigen biologische moestuin.

 

Bronnen

Federatie van de Heilige Clara, "Geschiedenis na 1721", op: Clarissen.nl (geraadpleegd 18-06-2021).

"Hostiebakkerij Zusters Clarissen", op: Hostiebakkerij.nl (geraadpleegd 18-06-2021).

"Geschiedenis", op: Clarissenmegen.nl (geraadpleegd 18-06-2021).

Arends, M., "Vrouwen en kloosters", op: Brabantserfgoed.nl, (geraadpleegd 18-06-2021).

Huismans, P., "Klooster Sint-Josephsberg in Megen", op: BHIC.nl (geraadpleegd 18-06-2021).

Hoeks, R., "Brabantse Kloosters", op: Brabantserfgoed.nl, (geraadpleegd 18-06-2021).

Gerrits, S., "'Met pijn in het hart’: hostiebakkerij sluit na 177 jaar de deuren", in: Katholiek Nieuwsblad, (geraadpleegd 05-07-2021).

"Over ons", op Devegetarischezuster.nl (geraadpleegd 08-07-2021).