“De Beers komt”

Een foto van hoogwater bij de Beerse Maas aan de kruin van de dijk in Orthen, winter 1918/1919. (Foto: Fotograaf onbekend, Erfgoed ’s-Hertogenbosch)

Een foto van hoogwater bij de Beerse Maas aan de kruin van de dijk in Orthen, winter 1918/1919. (Foto: Fotograaf onbekend, Erfgoed ’s-Hertogenbosch)

Het blijft maar regenen in december 2023 en januari 2024, ten tijde van het schrijven van dit artikel. De uiterwaarden en de velden staan onder water. Nederland is in de ban van hoogwater, mogelijke rivieroverstromingen en de verhoogde kans hierop in de toekomst. Voor bewoners van de dorpen tussen Beers en Den Bosch was dit tot 1942 vaste prik. Tot de afronding van de Maasverbetering in dat jaar, stroomde in Noordoost Brabant een gebied van veertig kilometer lengte en zo’n tien kilometer breed, bijna jaarlijks onder water. “De Beers komt" was een gevleugelde uitspraak van de bewoners van de gehuchten in de Maaskant.

Eén van die plaatsen was Orthen, een dijkdorp tussen Den Bosch en de Maas. In het boek “Orthen waar bende gebleven” heb ik getuigenissen van mijn grootmoeder en betovergrootmoeder opgeschreven. Mijn oma Marie Vesters-van Rosmalen maakte de Beerse Maas namelijk in al zijn glorie mee:

Die Maas stroomde alle jaren over. Het water bleef dan een paar maanden op het land staan. Somtijds een halve meter, maar dikwijls was het meer. Het water heeft ook wel eens gelijk aan de dijk gestaan. Daarvandaan al die dijken: de Hennis, Herven, Ketsheuvel en de Rijksweg, het was één dijk en dan had je nog de Engelsedijk, de Empelse dijk en de Vlijmense dijk om het water te keren. Ze konden verder niet veel anders doen dan de beesten op stal zetten en het water laten komen.”

 

Ruimte voor de rivier

Na hevige regenval in Frankrijk en België kon de bedding van de Maas het water niet meer verwerken. Al rond 1600 was de Maasdijk bij Beers, dichtbij het stadje Grave, over een paar kilometer verlaagd. Deze gereguleerde uitlaatklep werd gemaakt aan de toen arme Brabantse kant en niet aan de machtige Gelderse zijde van de Maas.

Nog in de twintigste eeuw stroomde het water via de Beerse Overlaat de polders in om veertig kilometer verder, iets voorbij Orthen, via de Dieze weer terug te vloeien naar de hoofdrivier. Kanonschoten in Grave en krantenberichten waarschuwden de boeren : “De Beers komt”, zodat zij hun vee tijdig van het land konden halen. In de documentaire De Beers komt, vertelt een oude Maaskanter dat je het water kon horen aanrollen. “Zjzjzjzjz… hoorde je dan en dan wist je De Beers komt!”

Elke keer weer gaf dat opwinding. Eerst liepen de sloten vol en als die overgelopen waren, stroomden de velden onder. Het duurde een dag of vijf voordat het Maaswater via de Beerse Overlaat het traject naar Orthen had afgelegd. Een binnenzee nam bezit van de kale weiden. Die waren op deze zondvloed ingericht; iets anders dan gras kon er niet groeien.

Kadastrale kaart 1811-1832. De Orthense dijk vormt een onderdeel van de zuidelijke grens van de polder Van der Eigen. (Bron: Erfgoed 's-Hertogenbosch)

Kadastrale kaart 1811-1832. De Orthense dijk vormt een onderdeel van de zuidelijke grens van de polder Van der Eigen. (Bron: Erfgoed 's-Hertogenbosch)

Bovendien schreef regelgeving voor dat in het tracé van de Beerse Maas geen struiken of bomen mochten groeien of huizen worden gebouwd. Het was er, zoals de streekromanschrijver Walter Breeveld schrijft: “niks dan gras en water waar je heel ver kon kijken”. Ruimte voor de rivier heet dat tegenwoordig. Niemand kon voorspellen hoe hoog het water zou komen en hoelang het op de velden zou blijven staan. Op 14 februari 1867 staat daarover in het dagblad De Tijd: “Het water is hedennacht weder 6 duim gestegen. Het ziet er buiten de stad treurig uit, het is water, overal water wat men ziet. (…) Ook de weg naar Orthen heeft veel van het water te verduren.”

Mijn betovergrootmoeder Ant Gloudemans maakte in de jaren rond 1850 wel drie maal mee dat de dijk in Orthen werd opgehoogd met gruis en zand. In sommige huizen moest je met een trapje naar binnen omdat de dijk steeds hoger werd. In plaats van zandzakken wierpen Orthense boeren mestdammen van een meter hoog op rondom hun boerderij. De mest pakte goed vast en vormde een moeilijk doordringbare barrière voor het water. Over de mest werd wat zand gestrooid tegen de penetrante geur.

 

Isolement

De Orthense dijk liep niet langs de rivier de Maas, maar kilometers dieper in het binnenland. De dijk damde het water van de winterse Beerse Maas in en vormde een deel van de zuidgrens van de polder Van der Eijgen. Zonder die dijk had de binnenstad van Den Bosch veel vaker onder water gestaan.

Een animatie van Ferd Sauter op de site van IVN ‘s-Hertogenbosch geeft een beeld van de wateroverlast van de Beerse Maas.

Screenshot uit de animatie van Ferd Sauter, te zien op de website van IVN 's-Hertogenbosch. De animatie is gebaseerd op de Collectie kaarten en tekeningen van het Rijksarchief in Noord-Brabant, in te zien bij het BHIC. (Bron: Ferd Sauter, IVN 's-Hertogenbosch, Brabants Historisch Informatie Centrum)

Screenshot uit de animatie van Ferd Sauter, te zien op de website van IVN 's-Hertogenbosch. De animatie is gebaseerd op de Collectie kaarten en tekeningen van het Rijksarchief in Noord-Brabant, in te zien bij het BHIC. (Bron: Ferd Sauter, IVN 's-Hertogenbosch, Brabants Historisch Informatie Centrum)

Alle rechten voorbehouden

Soms gebeurde het dat aan de ene kant van de Orthense dijk het water van de Beerse Maas klotste en aan de andere kant, in de Ertveldpolder, het water van de Dieze hoog stond. De weg naar Den Bosch liep dan onder water. Orthen en de dorpen aan de Maas als Empel en Gewande werden afgesneden van de stad. De dorpelingen moesten met bootjes hun handelswaar wegbrengen naar de stad. Soms kieperde een bootje met mensen en goederen, zoals melk en boter, om. Een dikke strop.

Hoe heftig de kracht van het water kon zijn spreekt uit de dijkdoorbraak bij Orthen die in de winter van 1876 de spoorweg Utrecht-Den Bosch verwoestte. Het treinverkeer lag drie weken stil. Bij dijkdoorbraken ontstonden door de kracht van het water diepe wielen. Als het water zich weer had teruggetrokken, werd de dijk op de simpelste manier hersteld. Meestal was dat om de nieuwe wiel heen. Zo kreeg de dijk zijn grillige patroon met kronkels, dat nog steeds herkenbaar is.

De Beerse Maas plaatste Orthen en de andere dorpen in de Maaskant van het najaar tot het voorjaar in een isolement. De bewoners waren op elkaar aangewezen. Het kwam regelmatig voor dat bewoners van Herven en de Ketsheuvel met hun kinderen, eten en dieren in karren en kruiwagens naar familieleden verhuisden die hogerop aan de dijk woonden.

 

Ook positieve kanten

Het bijzondere is dat de bewoners de frequente wateroverlast als een natuurverschijnsel accepteerden. Ze waren eraan gewend en ook hun voorouders hadden al te stellen met de overstromingen.

Daarbij bracht de Beers niet alleen kommer en kwel. Het vruchtbare rivierslib dat achterbleef op de velden deed het malse gras snel groeien waardoor meerdere malen per jaar gehooid kon worden en de kwaliteit van de melk hoog was. Mijn oma bracht tot 1920 nog Orthense melk met de hondenkar naar Den Bosch. Ze had goede klandizie aan de cafés en de sjieke families want de Orthense melk stond hoog aangeschreven.

Er was nóg een positieve kant aan de Beerse Maas: het hoefde maar even te vriezen en je kon van Orthen naar Oss schaatsen. Alle Orthense jongens genoten ervan om op een winterdag als ze weinig om handen hadden, de schaatsen onder te binden. En ook de boerenmeiden namen ijsvrij. De vrijheid van al die ruimte lonkte. Met rode konen reden ze rondjes om elkaar. Liever schoonrijden dan hard over het ijs sjezen. De boerenkinkels en stevige meiden tekenden solo of in paren sierlijk cirkels op het donkere ijs. Voorwaarts en achterwaarts, uit laten rijden op één been.

Naast de kermis bood het schaatsenrijden de gelegenheid om te flirten en te sjansen. Mijn oma bekende met een vrolijke twinkeling in de ogen: “Met schaatsenrijden is het bij ons begonnen, niet met de kermis”. De start van veel Orthense huwelijken lag op het ijs.

Prentbriefkaart met litho afbeelding van ijspret op bevroren weiden bij Orthen. Met op de achtergrond de Sint-Jan. Naar een schilderij van Jan van Goyen. (Bron: C. Sedelmeyer, ca. 1650, Erfgoed ’s-Hertogenbosch)

Prentbriefkaart met litho afbeelding van ijspret op bevroren weiden bij Orthen. Met op de achtergrond de Sint-Jan. Naar een schilderij van Jan van Goyen. (Bron: C. Sedelmeyer, ca. 1650, Erfgoed ’s-Hertogenbosch)

 

Uiteindelijk is de Maas in de jaren dertig van de vorige eeuw getemd door een grootscheeps werklozenproject ter regulering van de “vanouds onberekenbare en weerbarstige rivier”. In 1942 was de Maasverbetering voltooid en behoorde de Beerse Maas na eeuwen tot het verleden. Ruim 20.000 hectares vruchtbare rivierklei lagen klaar om, volgens de nieuwste landbouwkundige inzichten grootschalig en intensief met gebruik van kunstmest, bewerkt te worden. Behalve landbouw kwam er ook al snel woningbouw in de oude polder bij Orthen om de woningnood van duizenden Bosschenaren te ledigen.

Mijn oma vond het spannend toen de eerste woningen in de polder werden opgeleverd: zouden de bewoners droge voeten houden? Vijftig jaar later, in 2023, schrijven hoogleraren hydrologie en delta-evolutie Maarten Kleinhans, Ester Stouthamer en Niko Wanders in NRC dat de grenzen van het watersysteem in Nederland zijn bereikt. De klimaatverandering leidt tot extremere regenval, de zeespiegelstijging maakt dat rivieren minder makkelijk hun water kwijt kunnen in de zee. Onze rivieren hebben meer ruimte nodig om het water te kunnen bergen.

De Beerse Maas was had wellicht een uitweg kunnen bieden, ware het niet dat een groot deel van het oude stroomgebied inmiddels bebouwd is.

 

Bronnen

Breedveld, W., De Kieviten, Baarn, 1952.

Buijks, H.G.J., 675 jaar waterschappen in de Maaskant 1309-1984, Oss, 1984.

Burght, F. van der, “Orthen waar bende gebleve?” Over voormoeders en een verdwenen boerendorp, Woudrichem, 2023.

De Tijd, 14 februari 1867, Delpher.

Kleinhans, M., Stouthamer, E., en Wanders, N., “De grenzen van het Nederlandse watersysteem zijn bereikt”, NRC, 27 december 2023.

Meijer, F., “Het Maasland: gevormd door overstromingen”, Brabants Erfgoed, 6-03-2020.

Willems, E., De Beers komt, documentaire, 1985.

Woud, A. van der, Het landschap, de mensen: Nederland 1850-1940, Amsterdam, 2020.

www.ivndenbosch.nl/beerse-maas (stand op 17-01-2024).