Het is een riante stadstuin over nagenoeg de volle diepte van het bouwblok, passend bij een patriciërshuis als dit. De aanleg ervan gaat voor een deel terug op een ontwerp door de tuinarchitect Gerard Bleeker (1852-1956) uit de eerste helft van de twintigste eeuw en biedt een formele aanblik met onder meer strak geschoren buxus en taxusstruiken. Het meest markant is echter het vroeg negentiende-eeuwse neoklassieke theehuis aan het eind van de tuin. Het is voorzien van een verdieping, vanwaar tijdens tuinfeesten gemusiceerd kon worden.
In 2003 kreeg deze verdieping een passende bestemming toen er een carillon werd geplaatst. Niet zoals gebruikelijk van brons, maar van porselein, speciaal in opdracht vervaardigd in Meissen, als een verwijzing naar de handel in antiek Chinees porselein die de eigenaren jarenlang voerden.
Bronnen
Van Oudheusden, J., Erfgoed van de Brabanders. Verleden met een toekomst, ‘s-Hertogenbosch, 2014.
Van Uytven, R. (red.), Geschiedenis van Brabant, van het hertogdom tot heden, Zwolle, 2004.
Dit artikel is een bewerking van een tekst uit J. Van Oudheusden, Erfgoed van de Brabanders. Verleden met een toekomst, ‘s-Hertogenbosch, 2014, 209.