De geschiedenis van kasteel Rodenborch laat zien hoe ridders aan het einde van de vijftiende eeuw omgaan met hun bezit. Het kasteel in Rosmalen komt dan in handen van Jan van Baexen (1450-1530), en hij sticht er op een handige manier een klooster.
Jan van Baexen heeft in die tijd verschillende stukken land in de omgeving van ’s-Hertogenbosch en het Land van Cuijk. Zijn bezittingen buiten de stad bieden een goede basis om een rol te spelen in het politieke spel binnen de stad. Na zijn huwelijk trekt hij in bij zijn vrouw Geertruyt van der Aa (?-1523), wiens familie een pand bezit aan de Sint Jorisstraat in ’s-Hertogenbosch.
Een edelman verwerft status door bestuurlijke functies te vervullen, maar ook vrijgevig te zijn: gul te geven aan kerken en het stichten van kloosters. De ambitieuze Jan doet dit ook, maar wel op een handige manier. Hij zet zijn kasteel te koop voor een gunstige prijs, met als voorwaarde dat de koper er alleen een klooster van mocht maken. Een priester gaat op het aanbod in, en Jan eist dat zij samen worden geregistreerd als kloosterstichters. Zo krijgt Jan én het geld én de status van de kloosterstichting. Ook legt hij vast dat er een aantal missen worden opgedragen worden aan zijn familieleden. De naam verandert van Rodenborch in Annenborch. Overigens zal bij het besluit tot verkoop ook zijn persoonlijke geloofsovertuiging een rol hebben gespeeld. Zeker weten doen we dat niet.
Voor een edelman is het belangrijk om het familiebelang te bevorderen. Dat betekent bijvoorbeeld baantjes verdelen onder je ooms, tantes, broers en zussen. Jan doet dit ook: zus Agnes (?-?) wordt priorin en dus bestuurder van het klooster. Zo blijft het binnen de invloedssfeer van Jan.
Hoe het leven onder het bewind van Agnes er precies uit heeft gezien, weten we niet. Archeologische vondsten geven wel een klein inkijkje. Een deel van hun afval gooiden ze in de gracht, en daardoor weten we dat er vlees, mosselen en eieren werden gegeten. Ook onderging het voormalige kasteel rond 1500 een verbouwing. Twee vleugels werden gebouw rond de oude binnenplaats.
In de eeuwen na het bewind van Agnes wordt het klooster getroffen door oorlog en brand, en raakt het in verval. Na de Tweede Wereldoorlog worden de laatste muren gesloopt in het kader van de ruilverkaveling.
De Annenborch, het bijna verdwenen kasteel en klooster van Rosmalen, weerspiegelt de omgang met kastelen door de adel in de vijftiende eeuw. De ambitieuze Jan van Baexen gebruikt het om zijn sociale status te verhogen. Niet door het om te bouwen tot onneembare vesting, maar juist door er afstand van te doen. Door het te verkopen tegen voorwaarden weet hij zowel het geld als de kloosterstichtingsstatus op te eisen. Ondanks de verkoop blijft het in zijn invloedssfeer. Archeologische vondsten werpen een glimp op het dagelijks leven onder Agnes' heerschappij. Vandaag de dag herinnert weinig meer aan broer Jan en zus Agnes. Alleen de heuvel is nog te zien, en in het stratenplan is de plattegrond van het klooster weergegeven.
Meer weten over kasteel Annenborch? Bekijk het filmpje van de Heemkundekring Rosmalen.
Bronnen
BHIC, 244 Jezuïetencollege 's-Hertogenbosch , inv.nr 84, zie ook regest 60.
Van Genabeek, R., "Rosmalen, 1200 jaar en ouder", in: Rosmalla, 25:2, 2015, 12-20.
Nijhof, E., "De Annenborch", in: Rosmalla Extra, 1996, 19-22.
Steijns, G. J. W., Inventaris van het archief van het Jezuïetencollege (1609-1629) te 's-Hertogenbosch, 's-Hertogenbosch, 1976.