De missie viel midden in coronatijd. Dat maakte het ontzettend moeilijk om de missie voor te bereiden. “Het was een rare tijd", vertelt Nick. “We trainden in kleine groepen en moesten constant improviseren. Maar ondanks alles hadden we het gevoel dat we er klaar voor waren.”
De missie in Litouwen draaide om paraatheid. “We trainden op verschillende scenario’s. Een daarvan was bijvoorbeeld wat te doen als Rusland de grens zou oversteken. Het voelde heel realistisch. We wisten allemaal waarom we daar waren: om veiligheid te garanderen. Niet alleen voor Litouwen, maar voor heel Europa.”
Nog geen jaar later, op de vroege ochtend van 24 februari 2022 valt Rusland Oekraïne binnen. De Russische inval in Oekraïne heeft de spanningen langs de oostflank van de NAVO sterk doen toenemen. Litouwen zet vanaf dat moment in op een versterking van de grenzen met Belarus dat Rusland ondersteunde tijdens de inval in Oekraïne. Meer dan ooit werd het belangrijk om Rusland af te schrikken en om de Litouwse bevolking een gevoel van veiligheid te geven. Iets waar Nick een jaar eerder al volop mee bezig. Het benadrukt het belang van zijn missie.
Nick en zijn team werden klaargestoomd voor hetgeen dat een paar maanden later realiteit werd. “We zaten daar niet voor niets”, benadrukt Nick. Bij thuiskomst wacht Nick echter geen heldenontvangst. Nick krijgt met deze missie geen aanspraak op de officiële veteranenstatus. Volgens de regels van Defensie wordt die status alleen toegekend aan militairen die hebben gewerkt onder oorlogsomstandigheden of in crisisgebieden. De missie in Litouwen viel daar niet onder. “Dat was wel een klap", geeft Nick toe. “Je zet je in voor de veiligheid van Europa. Je werkt keihard. Dat wordt dan niet helemaal erkend.”
De veteranenstatus biedt niet alleen erkenning. Het geeft veteranen ook toegang tot specifieke voorzieningen zoals mentale en fysieke zorg. “Het is niet dat ik die zorg per se nodig heb, maar het gaat om het principe. Je wilt dat jouw inzet wordt gezien.” Nick benadrukt dat de missie in Litouwen niet minder belangrijk was dan andere uitzendingen. “We waren daar om een duidelijk signaal af te geven: we staan paraat. Dat is cruciaal, zeker in een tijd waarin spanningen oplopen.”
Zijn weg naar defensie
Nick bracht zijn jeugd door in Tilburg, in de wijk Reeshof. Hij groeide op in een warm gezin met zijn vader, moeder en jongere zusje. Zijn jeugd was zorgeloos en voornamelijk gevuld met sport en vrienden. “Mijn ouders gaven me veel vrijheid", herinnert hij zich. “Zolang ik maar mijn best deed op school, kon ik doen wat ik wilde. Of dat nu voetballen was of drie keer per week op stap gaan, ze vonden het prima, zolang alles in balans bleef.”
Op zijn achttiende scheidden zijn ouders. Voor Nick was het een keerpunt. “Dat was een klap", geeft hij toe. “Van een zorgeloze jeugd ging ik ineens naar een situatie waarin ik op eigen benen moest staan. Alles wat ik verdiende met mijn bijbaantje, ging niet meer naar leuke dingen, maar naar noodzakelijke kosten. Dat was wel even slikken.” De scheiding zorgde ook voor een breuk in het gezin. Nick verloor jarenlang het contact met zijn vader en zag zijn zusje steeds minder. “Ik heb mijn vader zes jaar niet gesproken", vertelt hij. “Dat doet iets met je, maar je leert ermee omgaan. Uiteindelijk is het contact hersteld, mede dankzij mijn stiefmoeder. Daar ben ik haar dankbaar voor.”
Een jongensdroom
Van jongs af aan had Nick een fascinatie voor vliegtuigen en de luchtmacht. Filmavonden met zijn vader, waarin de film Top Gun steevast op het programma stond, inspireerden hem. “De adrenaline, het avontuur, het vliegen. Dat sprak me enorm aan,” vertelt hij. “Ik wist zeker dat ik piloot wilde worden.”
Na het behalen van zijn havodiploma besloot hij de sprong te wagen. Hij schreef zich in voor de zware selectieprocedures van de luchtmacht en slaagde voor de pilottesten. Maar toen hij ook een poging deed om luchtverkeersleider te worden, liep hij tegen zijn beperkingen aan. “Die testen waren ontzettend moeilijk", legt hij uit. “Alles was in het Engels en de simulaties waren extreem complex. Daar viel ik keihard door de mand.” De teleurstelling was groot, maar Nick liet zich niet uit het veld slaan. Hij begon aan een studie bedrijfseconomie in Breda. “Ik dacht: dan maar een andere richting. Maar al snel voelde ik dat dit niet de juiste keuze was. Het idee dat ik de rest van mijn leven in een kantoor zou zitten, vond ik vreselijk.” Een toevallige ontmoeting met een oude vriend veranderde alles. Deze vriend vertelde verhalen over zijn ervaringen bij Defensie. “Dat raakte iets in mij", zegt Nick. “Het idee dat je iets kunt betekenen voor de maatschappij en jezelf kunt uitdagen, sprak me enorm aan. Het gevoel van avontuur kwam weer naar boven.”
Het begin van zijn carrière
Op 22-jarige leeftijd meldde Nick zich aan bij Defensie. De opleiding was zwaar. Zowel fysiek als mentaal werd Nick enorm uitgedaagd. “Ik had iets te bewijzen. Niet alleen aan anderen, maar vooral aan mezelf. Je leert jezelf echt kennen tijdens zo’n opleiding. Het is pittig, maar daardoor des te waardevoller.”
Nick stroomde door naar de gemechaniseerde infanterie. Daar leerde hij werken met het CV90-pantservoertuig. Dit is een geavanceerd gevechtsvoertuig dat wordt ingezet bij infanterie-operaties. “Dat was een compleet nieuwe wereld", vertelt hij. “Je bent verantwoordelijk voor je team en voor je voertuig. Dat brengt een enorme verantwoordelijkheid met zich mee.”
De band met Brabant
Zijn werk als militair bracht Nick uiteindelijk naar Oirschot waar hij als instructeur ging werken. Voor Nick voelde het als thuiskomen. “Het was geweldig om mijn ervaring door te geven aan een nieuwe generatie. Je ziet jonge mensen groeien, zowel in hun vaardigheden als in hun zelfvertrouwen. Dat geeft een enorme voldoening.” Tijdens deze periode kon Nick eindelijk meer tijd doorbrengen met zijn gezin. “Dat was fijn. Zeker na jaren waarin ik vaak doordeweeks op de kazerne moest blijven. Brabant is en blijft toch mijn basis.”
Terug in de schoolbanken
Na jaren van ervaring binnen Defensie en het doorlopen van diverse functies, besloot Nick dat het tijd was voor een nieuwe uitdaging. De wens om zijn carrière naar een hoger niveau te tillen bracht hem naar de Koninklijke Militaire Academie (KMA) in Breda. “De KMA stond altijd al op mijn radar", vertelt Nick. “Maar na mijn eerste jaren bij Defensie koos ik er bewust voor om met beide voeten in de praktijk te beginnen. Ik wilde eerst ervaring opdoen, leidinggeven aan kleine eenheden en mezelf ontwikkelen als onderofficier. Nu voelde ik dat het moment daar was om die volgende stap te zetten.”
Het leven op de KMA is intensief. Nick volgt lessen in onder meer militaire strategie, leiderschap en internationale betrekkingen. Daarnaast worden er hoge eisen gesteld aan fysieke fitheid en discipline. “Het is pittig", geeft hij toe. “Maar ik houd van die uitdaging. Je bent continu bezig om jezelf te verbeteren, zowel mentaal als fysiek. Dat is wat me motiveert.”
De keuze om terug de schoolbanken in te gaan, betekende ook een aanpassing voor zijn gezin. “Het vraagt veel van je tijd en energie. Toch voel ik me enorm gesteund door mijn vrouw en kinderen. Zij begrijpen waarom ik dit doe en dat maakt het zoveel makkelijker om door te zetten.”
Nick ziet de KMA niet alleen als een stap vooruit in zijn carrière, maar ook als een manier om anderen te inspireren. “Ik hoop straks met de kennis en ervaring die ik opdoe anderen te kunnen begeleiden en motiveren. Bij Defensie draait het niet alleen om je eigen groei. Je kijkt ook wat je voor anderen kunt betekenen.”
Dit interview kwam tot stand dankzij een samenwerking tussen Stichting Bredase Veteranen, Fontys Journalistiek Tilburg, en Erfgoed Brabant.